024

Onder de hengel zit een reelhouder, hieraan word een reel bevestigd. Op de spoel zit de lijn die tevens ook het gewicht is voor het werpen. Er zijn verschillende vliegvislijnen te koop, het gewicht van de vliegenlijn word net als bij de vliegvishengel aangeduid met AFTMA en of #. De lichtste lijn is #1 en loopt op tot #15. Daarmee is de keus nog niet volledig gemaakt, je kunt namelijk ook weer voor diverse soorten

lijn kiezen. Je hebt:

  • Een ‘F’, dat is een drijvende lijn;
  • Een ‘I’, bijna drijvend en ook wel ‘intermidiate’ genoemd, deze zakt een paar centimeter onder water;
  • Een S lijn: een zinkende lijn. Voordeel dat je op verschillende dieptes kunt komen en meer verschillende vissoorten kunt vangen met een vliegenhengel. Nadeel: het gooit beroerd. Je hebt overigens slow sinking tot fast sinking en alles wat er tussen en omheen zit.
  • Een Hover: dit is een drijvende lijn maar dan net iets anders, hij hangt net onder de waterspiegel. Voordeel: minder zichtbaar voor de vis.

Dan maak je nog weer de keus voor de opbouw van de lijn. Zo heb je bijvoorbeeld een DT double taper of een WF weight forward:

DT (double taper):
een Double Taper lijn afgekort DT, een symmetrische lijn. De kop van de lijn is gelijk aan het einde van de lijn, bij slijtage kan de lijn daarom worden omgedraaid. Daarbij heeft een DT lijn het voordeel dat hij minder klapt op het water omdat het gewicht meer verdeeld is over de lijn en dus rustiger gooit. Een zachte lijn, nauwkeurig te presenteren en makkelijker in de lucht te houden.

010

WF (weight forward):
Een Weigth Forward lijn is de meest gebruikte lijn. Deze lijn is a-symmetrisch, het overgrote deel van het gewicht zit in de eerste 9 meter van de lijn. Door het gewicht in de kop zit laat deze lijn zich gemakkelijk werpen. Nadeel vanwege het gewicht in de kop is dat de kop iets harder neer wil komen dan een DT-lijn.

011

Extreme distance lijnen
Extreme distance lijnen zijn in wezen verlengde WF lijnen. De ‘belly’ van deze lijn is doorgaans richting de 12-15 meter lang. Zeer geschikt om grotere afstanden te overbruggen, echter moet men wel testen of de lijn niet de hengel over klasseert. Het komt wel vaker voor dat de aangegeven AFTMA niet overeenkomt met zijn werkelijk AFTMA. Dit kan leiden tot een onhandelbare lijn (vaak op de lange afstand) met uiteindelijk breuk van de hengel. Op de onderstaande figuur is het verschil duidelijk gemaakt door de kleuren blauw en roze.

012

Lijn aanduiding
De vliegvislijnen worden dan ook als volgt aangeduid:

DT: Double Taper
F: Floating
FS: Fast Sinking
I: Intermediate
ND: Neutral Density
S: Sinking
SH: Shooting Head
VFS: Very Fast Sinking
WF: Weight Forward

021

De vliegenlijn is meestal tussen de 25 en 30 meter lang. Een ‘leader’ wordt aan het uiteinde van de vliegvislijn bevestigd. Aan het einde van de leader wordt een tippet of kunstvlieg bevestigd. Wat een ‘zinktip’ is spreekt dan wel voor zich, alleen de ‘tip’ zinkt.

Bron:
http://www.dutchanglers.nl/artikelen/vliegvissen-materiaal-en-technieken-hengels/

http://thehappyflyfischer.blogspot.nl/2014/10/vliegvislijnen.html